h

“Stille tocht dreigt te institutionaliseren”

6 mei 2008

“Stille tocht dreigt te institutionaliseren”

“Waar waren de ouders met kinderen? Waar waren de jongeren?” vraagt SP-raadslid Tanja Kiriënko zich af. Vanochtend zegt zij in het Dagblad van het Noorden zich zorgen te maken over het ieder jaar afnemende aantal mensen dat meeloopt in de stille tocht voorafgaand aan de Dodenherdenking.

Verwoeste panden aan de Grote Markt te Groningen. Het centrum van de stad werd zwaar beschadigd tijdens de gevechten op 16 april 1945.

Kiriënko: “Niet om mezelf op de borst te slaan, maar ik heb drie uitnodigingen afgeslagen om te gaan barbecuen, te zwemmen en te zonnen. Als ik dan zeg: ik ga naar de Dodenherdenking, dan zegt iedereen, goh, wat goed! Maar ze gaan niet mee. Het wordt door veel mensen als een opoffering gezien en het is al heel wat als je twee minuten stil bent.”

De gemiddelde herdenker wordt volgens Kiriënko steeds kleiner en krommer en bestaat nog maar voor een klein gedeelte uit mensen die geen organisaties vertegenwoordigen. “Over tien jaar alleen nog maar organisaties of helemaal opheffen?”vraagt Kiriënko zich af. Maar dat wil ze zeker niet: “We hebben het over onze opa’s en oma’s. Ik vind dat we nog lang niet moeten stoppen met de herdenking.” Ze schaamt zich ten opzichte van de oudere mensen. "Die krijgen op deze manier het gevoel dat het allemaal vergeten is."

Martinikerk en Grote Markt te Groningen. Op de voorgrond een personenauto van de NBS (Binnenlandse Strijdkrachten).

Opinieartikel: Waar was jij gisteravond?
Dossier van Kiriënko

U bent hier